Tijd en stress

Michael Altshuler:

“The bad news is time flies. The good news is you’re the pilot.”

“Wat gaat de tijd toch snel", hoor je mensen vaak zeggen. Vooral naarmate we ouder worden, lijken we steeds minder tijd ergens voor te hebben. Deze alsmaar tikkende klok en het onvermogen om tevreden te zijn met de tijd die we hebben, leidt bij veel mensen tot stress.

Zelf ben ik daar absoluut niet immuun voor. Nu ik met rasse schreden de veertig nader, betrap ik mezelf erop dat ik steeds meer na ga denken over de vraag: 'hoe lang heb ik eigenlijk nog’? En belangrijker nog, heb ik dan wel voldoende tijd om alles te doen wat ik graag zou willen.

Het bezig zijn met tijd en met name het einde der tijden is geen nieuw begrip. Al van oudsher zijn er hele volksstammen gefascineerd door het feit dat alles wat we doen uiteindelijk een keer ophoudt. Sterker nog, voor wie in reïncarnatie gelooft, bestaat er eigenlijk geen einde aan het bestaan, enkel een nieuw begin. Onzin of niet, het houdt de gemoederen wel bezig

Deze existentiële vragen vormen ook vandaag de dag onderdeel van ons bestaan, maar hoe zorg je er nou voor dat het je niet belemmert? Een zeer terechte vraag, die wellicht niet eenduidig te beantwoorden is. Flauw he? Het is namelijk zeer situatieafhankelijk. 

“Life is a cycle of ends and starts.”
— Mark Webber

Om je een voorbeeld te geven van de perceptie van tijd. Als je op vakantie bent, dan lijken de dagen vaak voorbij te vliegen. Wanneer je een lange werkdag hebt en een hoop vervelende klussen op de agenda staan, dan lijkt er juist geen einde aan te komen. 

Hoe speelt stress daar dan een rol bij? Op het moment dat je overprikkeld is alles je te veel. Dit noemen we een staat van hyperalertheid. De wereld om je heen lijkt veel trager te gaan dan jij zou willen. Denk maar eens aan hoe je in de auto zit als je te laat komt op een belangrijke afspraak. Die auto voor je rijdt net even te langzaam en waarom moet die vrachtwagen nou juist nu laden en lossen. Dit zijn allemaal voorbeelden van mini-stressoren die, wanneer deze worden opgeteld, weleens flink huis kunnen houden in jouw stresssysteem.

Op het moment dat deze fase van hyperalertheid te lang duurt spreken we van overspanning. Tref je dan nog steeds geen maatregelen om jouw stressniveau terug te dringen, dan zou je uiteindelijk in een burn-out terecht kunnen komen. Vanaf dat moment gaat die hyperalertheid eigenlijk over in uitputting. Waar je eerst heel veel energie hebt, heb je nu juist nergens meer fut voor. Gek genoeg lijkt het dan alsof de wereld om je heen veel sneller gaat dan je aan kunt en je bent duidelijk overprikkeld. 

Zo kun je dus zien dat de perceptie van tijd veel te maken heeft met jouw stressniveau. Tijd is immers een vast gegeven, dat kan en gaat niet sneller dan het gaat. 

Wat je zelf kunt doen om jouw relatie met tijd, of het gebrek daaraan, gezond te houden is niet eenvoudig. Er spelen namelijk een hoop andere karaktereigenschappen mee. Denk daarbij bijvoorbeeld aan perfectionisme, ambitie, geduld etc.

Een aantal realisaties zou je wel kunnen helpen om jouw overtuigingen ten aanzien van tijd te relativeren. Iets zal namelijk nooit perfect worden, hoe lang je er ook tijd aan besteed. 

“I don’t have to be perfect. All I have to do is show up and enjoy the messy, imperfect and beautiful journey of my life.”
— Kerry Washington

Daarnaast zijn er in het leven geen shortcuts om jouw doelen te bereiken. Als je iets wil dan zul je daarvoor moeten werken en ervan uitgaande dat je daarin het beste uit jezelf wilt halen, dan moet dat genoeg zijn om het doel te behalen. Lukt dit niet, dan kun je evalueren waarom je dit doel niet hebt gehaald, maar bij voorbaat al tijd als criterium gebruiken is contraproductief.

Tot slot kennen we het gezegd: ‘wat goed is komt snel’. Dat zal best voor sommige dingen waar zijn, maar er zijn net zoveel situaties te bedenken waarom je geduld moet hebben. Wat wel weer waar is dat de overwinning des te zoeter smaakt als je er lang(er) op hebt moeten wachten.

Volgende
Volgende

Stress of burnout?